Moet gezegd

Ik was vandaag bezig met een aantal korte verhalen. De kladjes liggen naast me, maar de wijn, mijn state of mind, een al langer aanwezig stemmetje in mijn hoofd en net dat briljante nummer brachten me op dit onderwerp. Of misschien gewoon de wijn…

De mensen in je nabije omgeving geven of ontnemen je leven kleur. Natuurlijk, je bent zelf grotendeels verantwoordelijk voor de keuze van de mensen die je in je omgeving wilt. Daar komt bij dat je met je gedrag en persoonlijkheid ook al automatisch een selectie genereert en mensen aantrekt of afstoot. Het gaat er uiteindelijk om, dat wanneer je mensen in je omgeving hebt die je leven verrijken op wat voor manier dan ook, je ze moet koesteren. Begrijp en benoem hoe speciaal dit is.

Je familie kies je niet. Je vrienden kies je, maar ook daar zijn veel parameters actief. Waar groei je op? Wat voor persoon was je toen je een potentiële vriend ontmoette? Ben je een vriendschap eerlijk ingegaan, of wilde je je vooral optrekken aan die persoon? “Settelde” je voor een vriendschap en werd dat uiteindelijk een echte vriendschap? Geen enkele vriendschap ontstaat hetzelfde, zo ook bij mij.

Ik heb goede vrienden gehad, goede vrienden verloren. Ik heb mensen gekend die ik vrienden noemde, totdat we allebei een ander leven kregen en het verwaterde. Soms onze schuld, soms hun schuld. Vrienden werden kennissen, kennissen werden vrienden.

Ik maak eens in de zoveel tijd de balans op. Er is één ding dat altijd terugkeert. Het is juist op de dagen van pure tragedie of puur geluk dat ik besef wat ik heb en wat ik zou kunnen verliezen. Dat zijn dagen dat je zegeningen telt. Ik tel er veel. Het gevoel komt echter nooit zó aan de oppervlakte als die dagen, terwijl het gevoel, als je het oproept, wel zó sterk is en blijft.

Het ligt gewoon zelden in het verlengde van een gesprek om te zeggen: Ik hou echt van jou/jullie. Er zijn zoveel momenten, bijna vergeten en als logisch ervaren momenten, dat ik aan mijn vrienden of familie denk en gewoon even glimlach. Momenten van drie seconden, verwaarloosbaar en dus toch niet.

De liefde voor mijn ouders is niet in woorden te vatten. Ik hoop dat ze het in mijn ogen zien en ik hoop dat het doorklinkt in alles wat ik zeg. De liefde voor mijn broertje en zusje is van dezelfde intensiteit, maar als ik er over nadenk is die voor hun wellicht minder evident. Onze band is altijd goed geweest, maar ik denk dat we nog steeds op zoek zijn naar een soort van volwassen equilibrium aangaande het uitspreken van ons gevoel, maar vooral ook het daarmee helemaal comfortabel zijn.

Veel mensen hebben moeite om een écht goede vriendschap op waarde te schatten. Ze hebben daarnaast moeite om in te schatten waar die vriendschap hoort in hun rangorde van ‘meest belangrijke’ mensen. Tussen je ouders en partner? Erboven? Eronder? Alsof dit überhaupt een issue zou moeten zijn. Die mensen zijn per definitie ruk met vriendschappen en zullen eeuwig surrogaat vriendschappen hebben. Ik heb verschillende vriendschappen met allemaal een andere toegevoegde waarde, vind bij allemaal iets en er overlapt een hoop. Zijn er vrienden belangrijker dan andere vrienden? Ja.

Voor Padre en Madre, voor mijn broertje en zusje en voor iedereen die weet dat hij of zij een vriend van me is: I love the fuck out of you, en ik hoop vele schitterende hoofdstukken aan onze relatie toe te voegen.

Nils

Sympathieke klootzak

“Wat we gaan doen is: iedereen noemt van de ander een tekortkoming, en dat mag een uiterlijke of innerlijke tekortkoming zijn. Iedereen in?”

Twijfelachtig gemompel leidt uiteindelijk tot unanieme instemming. We zitten met z’n vijven rond een tafel in de pub waar we ons wekelijkse “we beginnen gezellig, worden daarna volledig dronken en gaan veel te serieuze kwetsende gesprekken voeren”-avondje houden. Vorige week leidde dit tot de huilende aftocht van Marieke, de week ervoor kregen Achmed en Julian het voor elkaar eruit gezet te worden. Elke week is er wel iets en toch gaan we er mee door.
De groep bestaat zoals altijd uit Achmed, Julian, Marieke, Lily en ik, waarbij ik het hoogste woord heb. Het mooie aan deze groep is, dat we een ontzettende sterke en niet in woorden te vatten band hebben. Iedereen is gelijk en we respecteren elkaars mening en humor.

Ik ga verder: “We lopen al jaren mensen af te zeiken om hun uiterlijke en andere meest in het oog springende kenmerken. Nu zijn we zelf maar eens aan de beurt. Ik start wel.
Lily, je ziet eruit alsof er nog twee kleine mensjes aan je vast gekleid zijn en daarbij kan je kapsel de stuntdubbel zijn voor het aarshaar van Patty Brard. Wow, dat voelde goed! Heerlijk! Ok, who’s next?”
Een rood aangelopen Lily reageert met: “Het lijkt me dat ik nu ben hè, flapdrol?”
Ik lach: “Fair enough, laat maar horen!”
Lily is de wat dommere van het gezelschap en vaker mikpunt van flauwe grappen. Ik verwacht dan ook een belabberde en totaal niet beledigende respons.
“Jij ziet eruit als de liefdesbaby van Frans Bauer en twee kilo slachtafval. En iedere keer als je uitademt daalt mijn levensverwachting met drie maanden.”
Ok, minder belabberd dan ik gedacht had.
Achmed: “Zelfs mijn Marokkaanse vrienden hebben meer succes bij de vrouwen dan jij. En die beginnen elke zin met ‘pssst!’ of ‘hé hoer!’.“
Okeee, waar komt dit vandaan?
Marieke zet haar glas hard neer en zegt fel: “Dat overhemd van je smeekt ons aan het eind van de avond om afgemaakt te worden. En is je haargrens zo ver terug getrokken of heb je twee voorhoofden?”
Hmm, ik voel wat vijandigheid in de lucht hangen.
Julian kan zich ook niet meer inhouden en roept: “Dat pusbuikje van je staat goed bij die puisten op je kin. Voor welke look ga je precies?”
Jep, duidelijk weinig liefde.
Ik: “Ok, wat is er ineens aan de hand?? Iedereen leek in te stemmen met dit gesprek en nu ontaardt het ineens in het bashen van mijn persoontje.”
Achmed: “We leken in te stemmen met het gesprek, omdat het voor eens en altijd gezegd moest worden.”
Ik: “Wat moest er gezegd worden?”
Lily: “Dat jij altijd degene bent die andere mensen afzeikt. Jij bent degene die continu opmerkingen loopt te maken over andere mensen, over dikke vrouwen, lelijke vrouwen, over..
Ik: “Dik impliceert lelijk hè!”
Lily: “Zie je?!! Misselijk makende vrouwonvriendelijke klootzak!! Dat bedoel ik dus!”
Ik: “Uhm, ik liep maar te etteren hè.”
Marieke: “Maar dat is het nou juist. Het is geen etteren meer. Het is wie je bent. Hoe je doet. En wij worden er eerlijk gezegd strontziek van. Vorige week ging ik ook al overstuur naar huis door jouw gezeik.”
Ik: “Door mij?”
Julian: “Wees eerlijk. Je bent gewoon een klootzak geworden. Een sympathieke klootzak, maar nog steeds een klootzak. We werden er godverdomme door jou uitgegooid vorige week.”
Ik weer: “Huh? Door mij?”
Julian: “Ja. En dit geeft maar weer aan wat voor ongelooflijk bord jij voor je kop hebt.”
Ik: “En is dat echt hoe jullie allemaal over mij denken? Een vrouwonvriendelijke, altijd hatende, etterende maar sympathieke klootzak?”
In koor: “Ja”.
Julian: “Het moest een keer gezegd worden, sorry.”
Ik drink het restant van mijn bier op.
Ik: “Geeft niks. Eerlijkheid voor alles zeg maar. Anyway, ik ga er vandoor. Volgende week zelfde tijd, zelfde plek?”
Achmed: “Absoluut.”
Lily: “Uiteraard, tot dan!”
Julian: “Zeker!”
Marieke: “Gezellig, tot dan!”