Die dag (deel 3)

Dit is een doorlopend verhaal, geschreven in samenwerking met een mysterieuze gastschrijver.

Vertwijfeld zat ik op het bed. Terwijl ik mijn spullen aan het pakken was vroeg ik me plotseling af of het wel zo’n goed idee was om naar Parijs te gaan. Mijn impulsieve besluit om Senn stiekem achterna te reizen kon natuurlijk ook totaal verkeerd uitpakken. Ik voelde me ineens een naïef pubermeisje dat geen idee had van hoe de wereld in elkaar zat en de redenen om niet te gaan begonnen zich op te stapelen. Ik besefte dat ik ieder spontaan idee dat ik ooit had gehad op deze manier in de kiem had gesmoord en besloot daarom toch door te zetten. Ik greep mijn hoogste hakken en de jurk waarmee ik vijf jaar geleden de aandacht van Senn had weten te trekken en ritste mijn tas dicht. Vastberaden vertrok ik richting het station.

Opgewonden en een beetje zenuwachtig, alsof ik voor het eerst op reis ging, zat ik in de tram. De tram was, op een wat zonderling type met haakneus na, verder leeg. Ik had mijn plan inmiddels uitgedacht. Gelukkig was Senn vaker voor het bedrijf van Nicole naar Parijs geweest en verbleven ze altijd in hetzelfde hotel. Omdat ik hem niet eerder tegen wilde komen dan gepland, zou ik in een hotel in de buurt inchecken. Ik overwoog Nicole te bellen en haar te betrekken in mijn plannen, maar haar zakelijke en kille uitstraling weerhielden me; bovendien had ik haar helemaal niet nodig.

De tram reed het station binnen en ik stapte uit. Bij het loket kocht ik een veel te duur kaartje naar Parijs, maar niets kon mijn goede humeur vandaag bederven. Tevreden plofte ik neer in de trein en dacht aan Senn. Hij zou vreemd opkijken als ik vanavond ineens voor hem stond. Het zou ons goed doen. Ook al waren we weer op het juiste pad samen, een beetje romantiek konden we wel gebruiken. De afgelopen maanden waren lastig geweest voor mij en Senn had me geweldig gesteund. Hoewel ik wist dat het voor hem onmogelijk was te begrijpen en zijn nuchtere kijk haaks stond op waar ik me ogenschijnlijk mee bezig hield, had zijn aanwezigheid het verschil gemaakt.

Het was begonnen met een enkel sms’je. Het nummer was afgeschermd, de tekst cryptisch: “Weet dat je het niet alleen weet”. Hoewel ik geen idee had wat er precies met de boodschap bedoeld werd of van wie deze afkomstig was, wist ik direct waar het over ging. De weken daarna bleef het stil, maar slapen deed ik niet meer. Ik had het gevoel dat iemand me in de gaten hield, al kon ik niet benoemen waarom. Net toen ik me weer een beetje veilig begon te voelen en besloot dat het verband dat ik gelegd had waarschijnlijk niet bestond, begonnen de telefoontjes. Waar ik ook was, thuis, op mijn werk, bij vrienden of familie; de telefoon ging en zodra er werd opgenomen hing de beller op. Het voelde alsof iemand me wilde laten merken dat hij of zij mij altijd wist te vinden. Altijd behalve wanneer Senn in de buurt was. En juist dat maakte het nog zenuwslopender. Als hij ervan wist zou hij vragen gaan stellen. Vragen die ik niet kon beantwoorden.

De voortdurende spanning die de telefoontjes en sms’jes met zich mee brachten sloopte me, op mijn werk functioneerde ik niet meer en de bedrijfsarts stuurde me naar huis met het label ‘burn-out’. Ergens was ik opgelucht; ik had een legitieme verklaring voor mijn gedrag waar ik me achter kon verschuilen. Senn gaf me alle ruimte en probeerde me te helpen, al verweet hij me dat ik niet praatte over wat me dwars zat en begon hij mijn ‘cover’ op den duur te verachten. Toen ik dat merkte ging ik op het aanbod uit een van de sms’jes in om mijn relatie met Senn veilig te stellen, ook al wist ik dat het slechts tijdelijk zou zijn.

Ik keek uit het raam en zag de deprimerende voorsteden van Antwerpen en Brussel aan me voorbij schieten. Ik stond op om mijn benen te strekken en zag dat de haakneus ook in de trein zat. Even bekroop me een onbehaaglijk gevoel, maar ik wist dat de keuze die ik een aantal maanden terug had gemaakt me nog even vrijheid had gegeven. Mijn glimlach keerde terug; ik was bijna in Parijs.

***

Dichte laaghangende mist deed het lijken alsof de weg voor mij alleen was. De weersomstandigheden gingen er weliswaar voor zorgen dat ik veel te laat aan zou komen op mijn bestemming, maar zorgden er tevens voor dat ik eindelijk eens rustig kon nadenken. Er was de laatste maanden ontzettend veel gebeurd, meer dan wie dan ook wist. Ook Sanne had ik bewust, want noodgedwongen, niet alles verteld. Het was iets waar ik mee had leren leven, maar wat desalniettemin dag in dag uit aan me knaagde.

San en ik waren de laatste weken weer in geliefden-topvorm. Ze leek van het een op het andere moment bevrijd van de last die ze maanden met zich had meegedragen. Haar bedrijfsarts had het toen een burn-out genoemd, maar Sanne deed er zelf nogal vaag over. Toen ze zich ging verdiepen in alle zelfhulp onzin liet ik het maar even zo, maar toch was ze al die tijd niet Sanne. En niet alleen vanwege de burn-out; er was nog iets anders. Waar ze voorheen altijd gelijk begon te steigeren als ik mijn mobiel even pakte, was zij nu degene die om de haverklap naar haar schermpje staarde. En hoe meer mij dit begon op te vallen, hoe meer ik het begon te koppelen aan Nicole. Zou San denken dat ik met Nicole aan het rommelen ben en daarom iets ‘on the side’ genomen hebben…? Ik verwierp die gedachte gelijk. Sanne heeft haar ‘flaws’, maar vreemdgaan is daar niet een van. En daarnaast, op het moment dat ze weer aan de slag ging leek ook dit nerveuze gedrag af te nemen en leek ze verliefder dan ooit.

Maar toegegeven, echt helemaal eerlijk was ik niet geweest naar San. Nicole was een hele belangrijke zakenpartner, dat klopte, maar Nicole was meer. Veel meer…

Ik was negentien toen ik haar voor het eerst ontmoette. Haar toenmalige vriendje was er een van het ultiem kansloze soort en mishandelde haar zowel fysiek als mentaal. Ik kwam haar voor het eerst tegen in het trappenhuis van een appartementcomplex waar ik toen vaak verbleef.
Haar lip was dik en gescheurd en haar linkeroog zat bijna volledig dicht. We kwamen er elkaar midden op de trap tegen en in plaats van door te lopen met haar hoofd omlaag, keek ze me aan en zei:
“Mijn vriend is een laffe klootzak”.
Ik was even uit het veld geslagen, maar herstelde me snel. Ik knikte instemmend en antwoordde:
“Kom mee. Ik ga je helpen.”
Die middag praatten we en hechtten we en schreven we de start van een belangrijk deel van onze geschiedenis. De geschiedenis die me recent tegen alle verwachtingen inhaalde…

Luid getoeter deed me opschrikken en terwijl ik gas gaf nam ik de omgeving in me op. In de verte zag ik mijn bestemming lonken. Het prachtige spiegelende meer met daaraan gelegen een klein, maar schilderachtig huisje, overgeleverd uit 1850. Het huisje dat ik erfde van mijn ouders. De herinneringen aan vervlogen tijden bezorgden me een trieste glimlach.

De laatste dagen bekroop mij steeds meer het gevoel dat dit weekend bijzonder zou worden. Op zakelijk vlak twijfelde ik daar al niet aan, maar bij de aanblik van deze vertrouwde locatie wist ik dat er nog meer in petto lag voor mij. Voor Sanne en mij.

Ik opende de deur van het huisje, stapte de drempel over en werd op dat moment gebeld.
“Is alles naar wens meneer Valk? Ontbreekt er niks?”
Ik keek om me heen en knikte instemmend.
“Nee, het is perfect zo. Bedankt.”
Ik drukte de stem weg en mijn glimlach keerde terug. Nu een gelukkige…